“Problematiek rondom EPA is een maatschappelijke uitdaging. Een grote groep inwoners van de Veluwe met een psychische aandoening woont steeds vaker ‘gewoon in de wijk’ in plaats van een instelling.
Op de Noordwest Veluwe is nu bekend dat er ongeveer 2150 mensen met EPA wonen, welk deel daarvan precies in de wijk woont is onbekend. Dit komt omdat er niet één plek is waar alle mensen met EPA in zorg zijn.
Er komen veel verschillende domeinen samen in de EPA-zorgketen dus dat vraagt om zorgvuldige afstemming. Soms gaat dat niet goed en zijn de gevolgen groot voor de persoon in kwestie maar ook voor de straat of de hele samenleving. Dit benadrukt de urgentie van dit thema, maar tegelijkertijd is het ook heel complex. Mensen met een ernstig psychische aandoening kunnen wel een steuntje in de rug gebruiken. Daarom zijn in 2018 vier proeftuinen opgestart, om de ondersteuning van mensen met EPA in de wijk te verbeteren.
Ik hoop dat de proeftuinen bijdragen aan het normaliseren van psychische kwetsbaarheid in de Veluwse samenleving. Tijdig de mantelzorger informeren wanneer de gordijnen al drie dagen dicht zitten wordt hopelijk net zo gewoon als een boodschap doen voor je oude buurvrouw.
Ik ben trots op deze proeftuinen omdat de professionals ruimte krijgen om te experimenteren met een nieuwe werkwijze. Wat ik nog veel belangrijker vind is de betrokkenheid van de ervaringsdeskundigen. Zij zijn in dit geval echt onderdeel van de proeftuinen. Bij het verbeteren van de integrale GGZ-keten wordt met veel professionals gesproken waardoor je het perspectief van de cliënt soms uit het oog verliest. Door in elke proeftuin een ervaringsdeskundige erbij te hebben draait het nu écht om de inwoner.
Daarnaast ben ik trots op het feit dat we binnen GezondVeluwe de ervaringsdeskundige behandelen als een professional. Ook een financiële vergoeding hoort daarbij. Dat benadrukt de volwaardigheid en dat voelt goed en eerlijk. Zo overleggen we op gelijke voet met elkaar. Helaas is dat op veel plekken in Nederland nog niet zo en zijn ervaringsdeskundigen nog vrijwilligers.”
Google+